Ik schrok me vorig jaar kapot. Uit onderzoek van de Voedsel en Waren Autoriteit in oktober 2008 bleek dat maar liefst 28% van het kinderspeelgoed en verzorgingsproducten voor kinderen een hoger gehalte aan weekmakers bevat dan wettelijk is toegestaan. Weekmakers (ftalaten) worden gebruikt om PVC-plastic zacht en buigzaam te maken. Ze zitten bijvoorbeeld in bijtringen en speelgoed, maar ook in verf, lijm, inkt en cosmetica. In een artikel op de website van Women in Europe for a Common Future is te lezen dat er weekmakers zijn aangetroffen in plastic opdrukken op kinderpyjama’s van onder andere de HEMA en Zeeman. Deze pyjama’s zijn niet door de Nederlandse Voedsel en Waren autoriteit verboden omdat er geen huid-op-huid-contact is met de opdruk. Ik weet niet hoe jouw kind slaapt, maar die van mij slaapt toch regelmatig met haar handjes tegen haar borst of een opgerolde pyjama tegen haar kin.
Verbod op weekmakers
In januari 2007 is de Europese Richtlijn die het gebruik van zes soorten weekmakers in speelgoed en kinderverzorgingsproducten verbiedt geïmplementeerd in de Nederlandse regelgeving. Het gebruik van drie weekmakers, DEHP, BBP en DBP, werd verboden in alle soorten speelgoed en kinderverzorgingsproducten. Van deze weekmakers is bekend dat ze een negatieve invloed hebben op de voortplanting en ontwikkeling. Drie andere weekmakers, DINP, DNOP en DIDP, zijn verboden in speelgoed en kinderverzorgingsproducten die kinderen in hun mond stoppen.
Zijn weekmakers dan echt zo slecht?
Ja! Uit onderzoek blijkt dat blootstelling aan weekmakers:
- lever- en nierafwijkingen kan veroorzaken. Bij dierproeven zijn zelfs levertumoren geconstateerd;
- bij kinderen kan leiden tot astma, hooikoorts en eczeem. Hoe meer ze hieraan zijn blootgesteld, des te groter is de kans;
- de hormoonhuishouding kan verstoren en effect kan hebben op de voortplanting en seksuele ontwikkeling;
- tijdens de zwangerschap de ontwikkeling van de testes en de spermaproductie van de mannelijke baby kan beïnvloeden.
Hoe kom je aan weekmakers in je lichaam?
De ftalaten in weekmakers kunnen zowel tijdens het gebruik als in de afvalfase lekken uit producten. De ftalaten hopen zich dan op in het milieu en in organismen. In combinatie met het feit dat ze slecht afbreken, behoren ze tot de wijdstverspreide chemicaliën. Je kindje kan ftalaten niet alleen via verzorgingsproducten en speelgoed binnenkrijgen, maar helaas ook via voedsel, drinkwater, de lucht en onze huid. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat een korte blootstelling niet meteen tot gezondheidsschade leidt, maar bij langdurige blootstelling aan lage concentraties kan wel schade voor de gezondheid optreden.
Sommige weekmakers helaas nog gewoon toegestaan
Natuurlijk is het prettig dat er inmiddels regelgeving is die weekmakers verbiedt in bepaalde producten. Het is alleen jammer dat er andere producten zijn die onze kinderen gebruiken waarin weekmakers gewoon toegestaan zijn. Let dus goed op of er geen weekmakers in speelgoed of de verzorgingsproducten voor je kindje zitten. Ga op zoek naar pvc-vrij speelgoed. Er bestaat plastic speelgoed dat minder schadelijk is. Vervang alle producten met PVC voor producten zonder PVC (bijvoorbeeld linoleum, plavuizen, hout of tapijt op de vloer in plaats van vinyl).
Toevoeging: in 2009 nog steeds weekmakers
Helaas blijkt uit het onderzoek van de Voedsel & Waren autoriteit dat op 5 november 200 gepubliceerd is dat er nog steeds verboden weekmakers in 30% van het geteste, zachte plastic babyspeelgoed zit.
Meer lezen en bronnen raadplegen:
Greenpeace over ftalaten
Phatalates information centre Europe
Kennislink over weekmakers